Genk ligt centraal in de Belgische provincie Limburg en is qua inwoneraantal de tweede stad van deze provincie. Alleen buurstad Hasselt telt meer inwoners. Genk behoort tot de belangrijkste industriële steden van het Vlaams gewest. Dat is het gevolg van de jarenlange mijnbouw die hier vooral in de eerste helft van de twintigste eeuw plaatsgevonden heeft. Genk was lange tijd een onbeduidend stadje, totdat er in 1901 ontdekt werd dat er een steenkoollaag bij Genk lag. Het gevolg was dat er steenkoolmijnen aangelegd werden en dat er grote aantallen migranten aangetrokken werden om in de mijnen te werken. In het begin waren het vooral Europese migranten die zorgden voor een enorme expansie van het inwoneraantal van de stad. In de jaren zestig van de vorige eeuw kwam er een flinke toestroom van Turkse en Marokkaanse arbeidsmigranten. Het gevolg is dat Genk een duidelijk multicultureel karakter heeft, wat zich onder ander uit in de variatie in geloofsgebouwen die je hier aan zult treffen.
De manier waarop Genk zich ontwikkeld heeft, is terug te zien in het stadsbeeld. Verwacht hier geen middeleeuws stadscentrum of gezellige straatjes. Genk is vooral vanuit functionaliteit ontwikkeld. Dat betekent niet dat Genk toeristisch gezien niet de moeite waard zou zijn. Integendeel. Juist de historie heeft Genk een unieke stad gemaakt, die een aantal voor bezoekers aantrekkelijke facetten kent. Zo zijn de oude mijnen omgetoverd tot toeristische plekken en behoort de natuur rondom Genk tot de mooiste van België. Genk ligt temidden van het eerste nationale park dat de Vlaamse overheid opgericht heeft: Nationaal Park Hoge Kempen.
Vervoer is essentieel als je de belangrijkste bezienswaardigheden en attracties van Genk wilt ontdekken. De highlights van Genk liggen verspreid over acht stadsdelen. Die zijn allemaal prima vanuit het centrum met de bus te bereiken. De auto is natuurlijk ook een optie.