Sintra

We zullen meteen eerlijk zijn: we beschouwen het Palácio da Pena niet als de mooiste of beste bezienswaardigheid van Sintra. Een top 3-positie is terecht, maar het is vooral de populariteit van dit paleis dat we hem op de eerste plaats moesten zetten. Dit voormalige zomerpaleis van de Portugese koninklijke familie is de absolute publiekstrekker van Sintra. Het is vooral de sprookjesachtige buitenkant in combinatie met de ligging op de top van een heuvel die het hem doet.

Het Nationaal Paleis van Pena onderscheidt zich als het beroemde juweel in de kroon van de heuvels van Sintra. Het omringende park, in nauwe harmonie met het magische karakter van het paleis, roept emoties op van mysterie en ontdekking. In de hoeken en gaten ervan verdwaalt onze blik tussen de charmes.

De gekleurde tinten van het paleis, het hoogtepunt van de Romantiek in Portugal en de eeuwige nalatenschap van Ferdinand II, de koning-kunstenaar, openen de deuren naar de verbeelding van allen die de drempel overschrijden, waarbij de oneindige groentinten die het omringende park beschilderen een idyllisch scenario scheppen, vaak verborgen onder de sluier van de nevels die de heuvels van Sintra kenmerken. Alsof men uit een sprookje is gestapt, is dit de plek van dromen voor alle generaties die hier zijn gepasseerd en zich vergaapten aan de grootsheid ervan.

Het Paleis van Queluz wordt veel minder druk bezocht dan het Paleis van Peña, maar is zeker zo interessant. Vanwege de mindere drukte, kun je hier veel beter genieten van alle pracht en praal die de kamers van het Paleis van Queluz laten zien. Het is niet voor niets dat dit paleis de bijnaam “het Versailles van Portugal” heeft gekregen. Dit voor Dom Pedro de Bragança ontworpen zomerverblijf toont zeker overeenkomsten.

De sobere gevel van het paleis verbergt de majesteit en weelde van het interieur van Queluz. Het paleis combineert barok, rococo en neoklassieke architectuur, terwijl de tuinen geïnspireerd zijn op Franse stijlen. Een van de eerste kamers die worden bezocht is de indrukwekkende Troonzaal, waar de royalty’s vroeger hun gasten ontvingen. De hele kamer is versierd met gouden houtsnijwerk, spiegels en schilderijen en het is niet moeilijk je terug te wanen in een tijd waarin de dames in hun fantastische jurken en de heren met hun witte en grijze pruiken ronddansten in galante bals.

Quinta da Regaleira is een quinta gelegen nabij het historische centrum van Sintra. Het wordt beschouwd als een van de belangrijkste toeristische attracties van Sintra. Het landgoed bestaat uit een romantisch paleis en een kapel, en een luxueus park met meren, grotten, bronnen, banken, fonteinen en een groot aantal prachtige bouwwerken. Het paleis staat ook bekend als “Het Paleis van Monteiro de Miljonair”, wat gebaseerd is op de bijnaam van de bekendste voormalige eigenaar, António Augusto Carvalho Monteiro. Het paleis werd ontworpen door de Italiaanse architect Luigi Manini.

De Inwijdingsputten (ook wel initiatieputten of omgekeerde torens genoemd) zijn twee putten op het terrein die meer lijken op ondergrondse torens met trappen. Deze putten dienden nooit als waterbron. In plaats daarvan werden ze gebruikt voor ceremoniële doeleinden, waaronder Tarot inwijdingsrituelen. De hierboven beschreven tunnels verbinden deze putten met elkaar, naast verschillende grotten en andere monumenten in het park.

Van de twee putten bevat de grootste een 27 meter lange wenteltrap met verschillende kleine bordessen. De afstand tussen deze bordessen, in combinatie met het aantal treden van de trap, houden verband met de Tarot-mystiek. Andere verwijzingen kunnen zijn naar vrijmetselarij, rozenkruisers of Tempeliersrituelen. De kleinere put bevat rechte trappen die een reeks ringvormige verdiepingen met elkaar verbinden. Deze put wordt ook wel de ‘Onvoltooide Put’ genoemd.

De ruïnes van het Castelo dos Mouros staan hoog boven Sintra, en in de Moorse tijd (8-12e eeuw) verdedigde dit ooit zo machtige kasteel de hele regio. Het kasteel werd gebouwd op een open rots. Het hoge uitkijkpunt bood de Moren een strategisch uitzicht over de kustlijn en de omliggende gebieden. De christelijke kruisvaarders bestormden het kasteel in 1147, en onder hun latere heerschappij werd het een ruïne, overgenomen door de dichte bossen die de heuvels van Serra de Sintra bedekken.

De natuurlijke en serene omgeving van de kasteelruïne bracht koning Ferdinand II (1816-1885) ertoe de kantelen gedeeltelijk te restaureren en ze om te vormen tot het “pronkstuk” op het terrein van zijn prachtige Pena-paleis. Vandaag de dag heeft het Castelo dos Mouros nog steeds de rustige en vredige omgeving die koning Ferdinand II inspireerde. Het kasteel heeft een totaal andere sfeer dan de andere toeristische bezienswaardigheden van Sintra.

Het Paleis van Monserrate mag zich qua formaat en bezoekersaantallen niet meten met de andere paleizen die in deze top 10 bezienswaardigheden van Sintra staan. Hier draait het vooral om architectuur en de serene sfeer die het uitstraalt. Verwacht geen kamers vol antieke meubels en muurkunst. Maar de geschiedenis is interessant en het is een opmerkelijk bouwwerk en zeker een bezoek waard. Vooral elementen zoals het houtsnijwerk in centrale gang, de hal met zijn fontein en de gave afwerking van de hoofdkoepel zijn de moeite van het bezichtigen waard.

Het landschap rond het paleis is gevarieerd en interessant met een grote verscheidenheid aan beplanting. De wandelpaden kunnen zo gemakkelijk of moeilijk zijn als je zelf wilt, maar de paden zijn goed aangelegd. Het is een zeer rustgevende sfeer.

Het Nationaal Paleis van Sintra ligt in het hart van de oude stad en staat sinds 1995 op de UNESCO Werelderfgoedlijst. Dit paleis is herkenbaar aan de twee witte kegelvormige schoorstenen. Het huidige paleis van Sintra is ontstaan uit vele koninklijke paleizen. Dit is een geheel van gebouwen die in de loop van vele eeuwen werden gebouwd, toegevoegd en aangepast, waarbij de werkelijke oprichtingsdatum van het oudste paleis van het land nog steeds een vraag is. Naar alle waarschijnlijkheid werd het eerste gebouw rond de 10e of 11e eeuw gebouwd, toen Sintra onder Moors bestuur stond.

Aan het eind van de Middeleeuwen lag het paleis van Sintra in het hart van een groot gebied dat onder de hoede stond van de koninginnen van Portugal en tevens een van de favoriete bestemmingen was van de Portugese vorsten. De overvloedige jacht in de regio, het frisse klimaat tijdens de zomermaanden en de noodzaak om toevlucht te zoeken tijdens de pestepidemieën in de hoofdstad droegen ertoe bij dat het paleis van Sintra een vaste bestemming werd.

Het historische centrum van Sintra is niet zo groot en meestal gevuld met toeristen, maar zeker een bezoek waard. Het oude centrum bestaat uit een aantal straten die je omhoog kunt lopen, Sintra is tegen een berg gebouwd. Als je Sintra gaat bezoeken, dan is dit logistiek gezien de beste plek om je lunch of diner te nuttigen. Het centrum van Sintra is vrij compact en vooral gericht op het toerisme. Tijdens het hoogseizoen zul je dat zeker merken als je hier rond gaat lopen.

Bezienswaardigheden in het historische centrum zijn onder andere het eerder genoemde Palácio Nacional de Sintra en het fraai gedecodeerde gemeentehuis van Sintra.

In de tweede helft van de 19e eeuw gaven koning D. Fernando II en zijn toekomstige tweede vrouw Elise Hensler, de gravin van Edla, opdracht tot de bouw van een privéchalet en tuin in het Pena Park voor hun persoonlijke recreatie. Dit chalet dat gebouwd is in alpine stijl, valt op door de geschilderde muurschilderingen, het stucwerk, de beschilderde azulejotegels en het uitgebreide gebruik van kurkdecoratie.

Na de aankoop door de regering raakte het chalet geleidelijk in verval. Na een brand in 1999 die het gedeeltelijk verwoestte, werd vanaf 2007 met steun van het EMA en Noorse subsidies een reconstructie uitgevoerd om het gebouw in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen. Het gebouw en de tuin werden in 2011 heropend voor het publiek.

Omdat het Chalet van de gravin van Edla binnen de tuin van het Paleis van Pena ligt, kun je het alleen bezoeken als je entreetickets voor het park hebt.

Voor de meeste toeristen die Sintra bezoeken, is het treinstation het eerste gebouw waar ze mee in aanraking komen. Geef aan je eerste impuls om het treinstation zo snel mogelijk te verlaten geen gehoor, maar neem de tijd om het gebouw een paar minuten te bewonderen. Je zult een aantal fraaie details ontdekken aan dit treinstation. Zo is de muur waar de loketten zich bevinden bedekt met fraaie decoratieve tegeltjes. Deze azulejo’s zie je op verschillende plekken binnen het stationsgebouw terugkomen.

De Moorse fontein ziet er veel ouder uit, maar is iets meer dan een eeuw oud. Hij dateert uit 1922 en staat aan de Volta do Duche, de schilderachtige weg die het treinstation met het centrum van de stad verbindt. De marmeren en betegelde structuur werd in 1960 ontmanteld, maar in de jaren 1990 herbouwd, met behoud van de oorspronkelijke Moorse Revivalstijl. Het water loopt nog steeds van een ronde tuit naar een ovale tank, maar het wordt niet gecontroleerd, dus het wordt niet aanbevolen om te drinken.

De Moorse fontein is een geliefde plek om mooie foto’s te maken. Want hoewel de fontein niet door de Moren zelf aangelegd is, heeft het wel de authentieke uitstraling die bij het Moorse tijdperk hoort.